Voortgang ondertunneling viersporige overweg “Vierpaardjes” Venlo

Ook in november worden er weer diverse stukken wand en vloer gestort voor de onderdoorgang. Hiermee wordt de uiteindelijke vorm steeds zichtbaarder. Dit storten verloopt in stukken die we de ‘moten’ noemen. Op hoofdlijnen zijn er in november weer twee type werkzaamheden: het beton storten en het uitgraven van de onderdoorgang. Hieronder lichten we deze werkzaamheden toe.

Beton storten

Zodra het beton is gestort, begint dit uit te harden. Wanneer het beton voldoende (maar nog niet volledig) is uitgehard, moet het beton op het juiste moment worden afgewerkt. Dat juiste moment wordt bepaald door verschillende omstandigheden, zoals de buitentemperatuur, betontemperatuur en de dikte van het beton. Om deze reden is vooraf niet altijd goed te voorspellen hoelang het proces in zijn geheel duurt en wanneer het beton genoeg is uitgehard om het te kunnen afwerken. De methode voor het afwerken wordt vlinderen genoemd. Het vlinderen zorgt voor een glad, sterk en duurzaam oppervlak. 

Uitgraven van de onderdoorgang

Er worden tienduizenden ‘kuubs’ (kubieke meters) zand uitgegraven voor de onderdoorgang. Vanaf oktober nam het tempo waarin dit gedaan werd flink toe. Eerst gebeurde dit aan de oostzijde. Daarna is de westzijde verder uitgegraven. Dit wordt ook wel ‘op diepte brengen’ genoemd. In de praktijk betekent dit dat gedurende werkdagen en reguliere werktijden er wel iedere tien minuten een zandauto langs kan rijden om het zand af te voeren. Deze zandauto’s worden ook wel ‘dumpers’ genoemd. Inmiddels is de ’toerit oost’ (de kant van de Kaldenkerkerweg en Vierpaardjes) grotendeels ontgraven. Het einde van de onderdoorgang is daar ook al zichtbaar. De verwachting is dat het ontgraven in november grotendeels kan worden afgerond.

Afbranden van de buispalen

Tijdens de treinvrije periode in april van dit jaar zijn er buispalen aangebracht. Deze vormden de basis waarop de voorschuifbaan uiteindelijk heeft gerust. Hiermee konden de eerder gebouwde spoordekken op hun plek worden geschoven. De spoordekken zijn bij het inschuiven op de damwanden gelegd. Nu worden de buispalen tijdens het ontgraven weer zichtbaar en steken ze uit. Deze worden nu afgebrand op de juiste diepte, waarmee ze onder de uiteindelijke betondekken uitkomen. Dit onderste deel blijft zitten en helpt om ervoor te zorgen dat de tunnelbak niet ‘omhoog komt drijven’ op het grondwater.

Stuur artikel door